Geboren te Oud-Turnhout op 27 september 1914, werd Celest Waterschoot op 9 oktober 1932 ingekleed in de abdij van
Postel, waar zijn oudere broer Ignatius vier jaar eerder ingetreden was en waar zijn jongere broer Baziel zeven jaar later zou
intreden. Bij zijn inkleding ontving hij de naam Gregorius. Twee jaar later op 9 oktober 1934 verbond hij zich door professie aan de
abdij. Na zijn priesterwijding op 30 juli 1938, ging hij aan de Leuvense universiteit
studeren. Hij behaalde er de graden van licentiaat en doctorandus in de
wijsbegeerte. Dat vak zou hij vanaf augustus 1942 doceren aan de toekomstige priesters van de
abdij, en vanaf 1969 ook aan de priesterkandidaten van Averbode en Grimbergen in het kader van de gemeenschappelijke
priesteropleiding. Vanaf december 1942, tot aan zijn verkiezing tot
prelaat, oefende hij tegelijk nog andere functies uit: prior, organist en
beiaardier, novicen- en geprofestenmeester.
Na het ontslag van prelaat H. Bennebroek, in 1951, werd hij door zijn medebroeders tot diens opvolger
gekozen. Als jonge, dynamische prelaat in de naoorlogse jaren, legde hij zich vooral toe op de materiële uitbouw van de
abdij. Hij liet onder andere de bibliotheekvleugel bouwen en het
Kontaktcentrum. In de jaren ’60 bekleedde hij verscheidene belangrijke functies in de
orde. Zijn oudere broer, die bisschop van Lolo geworden was, stond hij met raad en daad bij en de jonge norbertijnengemeenschap te Kinshasa kon rekenen op zijn vaderlijke
zorg. Zoals zijn voorganger, nam hij ontslag toen hij 70 jaar geworden was. Daarna leefde hij nog 23 jaar in ons
midden. Tot in 1999 bleef hij wijsbegeerte doceren.
Oud-prelaat was een veelzijdige geest: filosoof, musicus, bouwheer,… Maar op de eerste plaats was hij
priester-kloosterling. In zijn wapenschild staat het Christusmonogram
centraal. Zijn grootste deugd was wellicht zijn vergevingsgezindheid. Na afloop van een geschil wist hij van geen
rancunes. De woorden uit de regel van de heilige Augustinus had hij zich eigen
gemaakt: “Als u gekwetst werd, moet u vergiffenis schenken zonder er veel woorden aan vuil te
maken.” Laten wij de nagedachtenis van oud-prelaat in ere houden door hem daarin na te
volgen.
Op donderdag 22 januari 2009 is hij zijn Heer tegemoet gegaan. Ongetwijfeld heeft hij toen “de nooit verwelkende krans van de heerlijkheid ontvangen”, want hij is voor
ons, zijn kudde, een voorbeeld geweest. Dat had hij zich ten doel gesteld na zijn verkiezing tot prelaat -forma gregis was zijn
wapenspreuk- en dat heeft hij gedaan, op zijn manier, met zijn talenten.
Wij missen hem die gedurende 76 jaar in onze abdij geleefd heeft, maar over de dood heen blijven wij in liefde met hem
verbonden, dankzij Christus.
Fr. Frederic Testaert
Prelaat van de abdij van Postel